📖 Op dit dak van de grootste stadsboerderij van Europa in Parijs groeien fruit, groenten en kruiden

In het hart van het vijftiende arrondissement van Parijs is in juli 2020 een stadsboerderij geopend. Nature Urbaine, een initiatief van het bedrijf Agripolis dat is opgericht door Pascal Hardy. De stadsboerderij op het dak van Paviljoen 6 van Paris Expo Porte de Versailles is met een oppervlakte van 14.000 vierkante meter de grootste stadsboerderij van Europa. Pascal Hardy en zijn team willen het concept nu ook in andere steden uitrollen. “We willen de levensvatbaarheid van stadslandbouw aantonen en zo tegelijk ook heel wat problemen rond logistiek en mobiliteit aanpakken omdat die enorm veel schade toebrengen aan het leefmilieu.”

Pascal Hardy

Op een steenworp afstand van de ringweg van Parijs, op het dak van paviljoen 6 van Paris Expo Porte de Versailles, groeien een twintigtal soorten groenten. 

Omringd door hotels en met een 360 graden zicht over heel Parijs profiteren onder meer aubergines, tomaten en kruiden in verticale zuilen en innovatieve goten van de zon. 

Pascal Hardy is oprichter van Nature Urbaine en Agripolis, dat de stadsboerderij in samenwerking met Cultures en Ville heeft ontwikkeld. Het bedrijf kweekt op het dak een twintigtal groentesoorten.

En dankzij de internationale media-aandacht van The New York Times en The Guardian is er van alle kanten veel interesse getoond in het project. Pascal Hardy willen het innovatieve project daarom ook zo snel mogelijk in andere landen uitrollen.

Pascal: “We willen de levensvatbaarheid van stadslandbouw aantonen en zo tegelijk ook heel wat problemen rond logistiek en mobiliteit aanpakken omdat die enorm veel schade toebrengen aan het leefmilieu.

In Parijs willen we uiteindelijk minstens een ton fruit en groenten per dag produceren, die we ook graag willen leveren aan de restaurants van scholen in de buurt. 

Want het project is ook belangrijk om kinderen en jongeren uit stedelijke omgevingen, die weinig of geen voeling meer hebben met de natuur, weer bewust te maken van ecosystemen. Veel ouders met jonge kinderen laten na een rondleiding weten hoe enthousiast hun kroost is.” 

Lokale voedselproductie in de stad 

Het project is ontstaan als reactie op een overheidsaanbesteding om het dak van de Expo van Parijs groener te maken. 

Voor Pascal Hardy wil ermee bewijzen dat het mogelijk is in de stad biologische producten te telen en de oogst te gebruiken om de lokale mensen te voeden. 

De stadsboerderij levert haar producten aan het restaurant Le Perchoir, dat ook op het dak van paviljoen 6 is gevestigd, aan een supermarkt in het vijftiende arrondissement en aan bedrijfscateraar Serenest. 

Met rondleidingen en workshops bieden we stedelingen die de band met de natuur totaal verloren lijken te zijn de kans die band weer wat te herstellen.
— Pasal Hardy

Pascal: “De verkoop van producten zou 60% van onze omzet moeten kunnen vertegenwoordigen. Maar door de coronalockdowns konden we dat doel niet realiseren. 

Omdat er gedurende de maanden dat de groenten aan het groeien zijn geen omzet is, zoeken we ook bijkomende middelen. 

Ons bedrijfsmodel berust dus niet alleen op de verkoop van producten. We bieden ook workshops en rondleidingen aan. Zo kunnen stedelingen die de band met de natuur totaal verloren lijken te zijn, die toch weer wat herstellen.

Bovendien kunnen particulieren ook bakken huren om zelf aan de slag te gaan met het kweken van groenten.”

Nature Urbaine, foto door Valode & Pistre Architectes Atlav AJN

Antwoord op eenzaamheid 

Een deel van het dak is dan ook gereserveerd voor particulieren. Voor 320 euro per jaar kunnen de bewoners hun eigen vierkante meter grond bebouwen. Het pakket dat ze voor dat bedrag ontvangen omvat een kit met gereedschap, een schort, planten, zaden en een app. 

Stadslandbouw biedt ook een antwoord op eenzaamheid, ongetwijfeld een van de meest acute samenlevingsproblemen van deze tijd.
— Pascal Hardy

Pascal: “Twee jaar na de start stellen we vast dat de productie voor de huurders eigenlijk ondergeschikt is. Wat ze vooral zoeken is het plezier om hun groenten te zien groeien en om in contact te komen met anderen. 

Onze kook- en smoothieworkshops kunnen zich dan ook in een grote belangstelling verheugen. 

Stadslandbouw biedt dus ook een antwoord op eenzaamheid, ongetwijfeld een van de meest acute samenlevingsproblemen van deze tijd. 

Ook bedrijven zijn een doelgroep voor Nature Urbaine, want we verhuren hier ook ruimtes voor evenementen.”

Consequent biologisch en circulair 

Nature Urbaine waakt erover heel consequent biologisch en circulair te werken. Compost wordt bijvoorbeeld gemaakt van het plantenafval van de stadsboerderij en het is de huurders verboden hun beplanting te bemesten. 

Een derde van de oogst van de boerderij bestaat uit tomaten, een ander derde uit aardbeien en het laatste derde is verdeeld over kruiden en diverse groenten zoals radijzen, aubergines en bonen. 

Er worden twee verschillende teelttechnieken gebruikt: zuilen en goten. De teeltzuilen zijn volledig in eigen beheer ontwikkeld door Agripolis. De goten worden vooral gebruikt voor klimplanten en zware planten zoals aubergines. 

Het gemengde water dat niet wordt geabsorbeerd, wordt hergebruikt. Dankzij deze methode gebruiken we slechts 10% van het water dat we zouden oppompen als onze planten in de grond zouden staan.
— Pascal Hardy

De gewassen worden geïrrigeerd met stadswater in een gesloten circuit. Aangezien het irrigatiewater binnen de structuren wordt opgevangen, wordt het gefilterd en vervolgens opnieuw in het circuit geïnjecteerd. Daardoor is het mogelijk om zowat 90% van het gebruikte water te recupereren.

Pascal: “Het gemengde water dat niet wordt geabsorbeerd, wordt hergebruikt. Dankzij deze methode gebruiken we slechts 10% van het water dat we zouden oppompen als onze planten in de grond zouden staan. Dankzij deze methode worden elke dag al tientallen kilogrammen groenten geoogst.”

De bestuiving van de planten wordt verzekerd door de hommels die uit de op het dak geïnstalleerde korven komen en door de talrijke insecten die worden aangetrokken door de bloemperken die tussen de gewassen zijn geplant.

De moestuin van de boerderij is gebaseerd op een landbouw die het product respecteert en de biologische normen zo dicht mogelijk benadert.

Pascal: “Aangezien wij geen grondgebonden landbouw bedrijven, kunnen wij geen aanspraak maken op het keurmerk ‘biologisch’. Toch zijn alle gebruikte technieken afgeleid van duurzame en biologische landbouw.

Voor de behandeling van bladluizen gebruiken we bijvoorbeeld lieveheersbeestjes en voor de preventieve behandeling van meeldauw gebruiken wij een mengsel van water en ijzer.”

Urbaine Nature

Vervuiling door het verkeer 

De vraag die Nature Urbaine het vaakst gesteld wordt, is of de op het dak geteelde groenten geen last hebben van vervuiling als gevolg van het drukke verkeer op de ringweg naast het expogebouw. 

Pascal: “Omdat alles bij ons in een gesloten en hermetisch circuit zit, kunnen we mensen daarin echt geruststellen, Bovendien blijven we met sensoren alles meten. 

Het risico van luchtverontreiniging blijft bestaan, maar de zware deeltjes blijven over het algemeen dicht bij de grond en de boerderij bevindt zich vijftien meter boven de grond, wat de risico's beperkt.” 

Overigens is Agripolis niet het enige bedrijf dat zich op de stadslandbouw heeft gericht en in de toekomst ervan gelooft. Zo legde het Duitse In Farm, een stadsmoestuin aan boven het Metro-warenhuis in Nanterre dat de Parijse chef-koks van verse kruiden voorziet. 

En in de Parijse wijk Seine Saint-Denis nam het Franse bedrijf Agricool een ‘stadsboerderij’ van met elkaar verbonden containers in gebruik. 

Daar kan Pascal Hardy alleen maar blij om zijn. “Het is vandaag gezond om te zien dat steeds meer mensen zich inzetten voor een duurzamere landbouw en gezonder voedsel. Stadslandbouw zal steden niet volledig kunnen voeden, maar kan toch een belangrijke bijdrage leveren tot de voedselvoorziening.”


Een vraag aan jou voordat je hier vertrekt …

Wat ons interesseert is wat de Re-stories die we maken met je doen. Het gaat niet alleen om bereiken, maar vooral om beraken.

Welke lokale initiatieven voor voedselproductie in de stad ken jij nog?

We horen het graag van je in de comments hieronder …