📖 🎧 Wat hebben een romanesco en een schelp met elkaar gemeen? En wat zegt dat over jou?

Anyuta Wiazemsky Snauwaert

De Gentse kunst- en cultuursector streeft ernaar in 2030 klimaatneutraal, regeneratief, distributief en verbonden te zijn. Om hier effectief stappen in te zetten, werken Nathalie Decoene en Eva Peeters vanuit Greentrack Gent via inspiratie en co-creatie met mensen uit de Gentse kunst- en cultuursector aan een ambitieus plan met concrete acties en engagementen tot 2030. Vanuit Re-story waren we bij de eerste sessie rond het omarmen van de chaos betrokken. 

Die sessie werd geopend met een speech door kunstenares Anyuta Wiazemsky Snauwaert

Anyuta is in 1989 in Moskou geboren en studeerde er af aan de rechtenacademie voordat ze besloot een artistieke carrière na te streven. Vandaag werkt ze vanuit Gent als multimediakunstenaar, fotograaf en curator. Ze is geïnteresseerd in de wisselwerking tussen esthetische belevenissen en de banaliteit van het dagelijkse leven. 

Als opening nam Anyuta met een romanesco en een schelp plaats in de kring. Dit is wat ze erover vertelde …

🎧 Luisteren

Je kan het verhaal van Anyuta Wiazemski Snauwaert door haarzelf voorgelezen ook beluisteren via Soundcloud (hieronder) of in je favoriete podcastapp zoals Spotify, Apple Podcasts en App Mind.

“Hoe begin je eraan om een toekomstplan 2030 te schrijven? We willen en moeten het over zoveel dingen hebben. Het gaat over klimaat en milieu en evengoed over sociale rechtvaardigheid. 

Jullie schrijven aan het verhaal van Gent. maar we zitten in een complex land én in een globale wereld. 

Jullie zijn hier met een ruime cultuursector vertegenwoordigt maar moeten domeinoverschrijdend gaan werken om het toekomstproject enige geloofwaardigheid te geven.

Om jullie op weg te helpen, wil ik een gedachtegoed met jullie delen dat ik, zelfs op de meest zware momenten, empowerend vind. Op momenten van zwakte en op momenten waarop ik het zelfs volledig wil opgeven.

Maar eerst een vraag: wat heeft een romanesco gemeen met een schelp?

Wat een romanesco en een schelp met elkaar gemeen hebben, is dat ze natuurlijke fractalen zijn. 

Oorspronkelijk is het een wetenschappelijk begrip uit de wiskunde. Ik haal even de simpele Wiki-definitie erbij: 

Een fractal, soms ook fractaal genoemd, is een meetkundige figuur die zelfgelijkend is, dat wil zeggen opgebouwd is uit delen die min of meer gelijkvormig zijn met de figuur zelf. Fractals hebben een oneindige hoeveelheid details, en bij sommige fractals komen motieven voor die zich op steeds kleinere schaal herhalen.

 Fractalen zijn overal te zien en te vinden rondom ons. Op alle niveaus in de natuur - van sterrenstelsels tot landschappen en planten - organiseren elementen zich in zulke patronen. 

Wat wij als mens creëren staat daar ver vanaf. 

Wij maken structuren die afgerond, afgemeten zijn. Is het misschien daarom dat de ruimte tussen deze man-made structuren vaak zo rommelig uitziet? 

Tegelijk beargumenteer ik dat mensen ook een deel van het organisch leven zijn. We functioneren als individuen, als gemeenschappen, als maatschappijen en als mensheid ook volgens deze fractaal-logica. 

Geschiedenis herhaalt zich. 

Kennisvakken zoals psychologie, sociologie en antropologie zijn enkel mogelijk omdat menselijk gedrag en gevoelens bepaalde patronen vertonen. 

Bij het bestuderen van deze patronen, of afwijkingen daarvan, kunnen we iets over onszelf leren. Als je uitzoomt en herhalingen van de geschiedenis op patronen van sociaal gedrag, op de bewegingen van de psyche legt, dan heb je eindeloze herhaling van gebeurtenissen, emoties, ideeën ... 

Fractalen herhalen zich in patronen van hoe mensen met zichzelf en met anderen omgaan, in hoe de relaties binnen een gezin en tussen gezinnen in elkaar zitten. Binnen een gemeenschap en tussen gemeenschappen. Binnen een bepaald land en tussen bepaalde landen. 

Daarom kunnen we steden of landen makkelijk met persoonlijke kenmerken beschrijven en begrijpen wat ermee bedoeld wordt. Je zoomt in en je zoomt uit en je ziet altijd dezelfde patronen herhalen. 

Ik neem mezelf even als het meest voor de hand liggend voorbeeld. 

De opvoeding die ik van mijn ouders genoot, is een herhaling van de opvoeding die zij van hun ouders kregen. Mijn kindertijd was behoorlijk triest. Een paar jaar geleden ben ik als gevolg daarvan met een complexe posttraumatische stressstoornis gediagnosticeerd.

Ik heb er veel over nagedacht.

De gevoelens die ik heb leren voelen, de reacties die heel diep in mij gegraveerd zijn, hoe mijn hersens bedraad zijn … het komt eigenlijk allemaal voort uit mijn eerste levensjaren. Ik ben dan ook boos op mijn ouders. 

Nu zie ik wel in dat wat zij aan mij hebben gegeven, weliswaar het beste was waar zij toe in staat waren. Het is wat zijzelf op hun beurt van hun ouders gekregen hebben. De generatie van mijn grootouders maakte de Tweede Wereldoorlog mee aan het Oostfront, zij hebben immense gruweldaden meegemaakt. 

Dat tast je aan, dat pakt iets weg van je. Ik denk dat het voor de mensen die dat meemaakten heel moeilijk was om opnieuw liefde, warmte en veiligheid te voelen, laat staan door te geven aan hun kinderen. Zo wordt een persoonlijke trauma van generatie op generatie doorgegeven.  

Mijn verhaal is echter geen uniek verhaal. 

Miljoenen van mijn leeftijdgenoten zijn in een onveilige omgeving opgevoed, verwarren liefde en pesterij omdat we niet anders hebben gekend, hebben op onszelf leren overleven … Zo is mijn ervaring ook een collectieve ervaring. Het persoonlijke trauma ook een collectief trauma.

Anderzijds, identificeer ik mezelf lang niet alleen met die pijn. Er zijn zoveel andere dingen die ik als kind meegekregen heb en er is zoveel schoons dat ik in mijn leven heb meegemaakt. Ik ben de baas over waarop ik in mijn hoofd en mijn gevoelswereld wil focussen. 

Als ik een beetje uitzoom, dan zie ik weer die herhaling van patronen. 

Hoe de relatie tussen mijn ouders en mij in elkaar zit, herhaalt zich in de bredere maatschappij. Hoe kinderen worden verwacht naar hun vaders te kijken, lijkt op hoe we naar staatshoofd moeten kijken. 

Dezelfde patronen die generatie tot generatie doorgegeven worden, spreiden zich evengoed uit in de ruimte. In welke dimensie je ook in- en uitzoomt, je blijft dezelfde patronen herkennen. 

Het wordt steeds interessanter als je van plek naar plek of in de tijd begint te schuiven: het zijn telkens dezelfde emoties, situaties, acties maar steeds in een andere verhouding ten opzichte van elkaar.

Op internationaal niveau zie je dat botsen, in hoe boertig een land zich voordoet, hoe slim de andere probeert te zijn en hoe afstandelijk het derde land zich bij de eigen zaken probeert te houden. 

Tegelijk kan je ook zeggen dat het gedrag van landen in internationale arena perfect te herleiden is naar het persoonlijk gedrag van individuen. 

Ik beeld me in dat ikzelf een punt ben in een fractaal, dat zich verhoudt tot oneindig veel andere punten. 

Als je op mij inzoomt, merk je dat ik oneindig veel herhalingen ben van de wereld waarin ik zelf slechts een punt ben. Een herhaling van de herinneringen die ik heb, de boeken die ik heb gelezen, de films die ik heb gezien, de gesprekken die ik heb gevoerd, de vrienden die ik heb gekend … 

Als je op mij uitzoomt, verdwijn ik maar zie je de groepen waar ik deel van uitmaak: kunstenaars, vrouwen, 33-jarigen, emigranten, curatoren, juristen, reizigers, mensen met een trauma, mensen die in liefde willen geloven, mensen met soms onwezenlijke veerkracht en schijnbaar onuitputbaar energie … 

Waarom is dit belangrijk? 

1. Het helpt om verbinding te voelen. Met het idee van een fractaal in het achterhoofd, kan je je inbeelden dat je tegelijk zowel een minuscuul puntje op een tekening én het volledige plaatje bent.

Dit helpt mij om de complexiteit te omarmen: de complexiteit van alle verschillende meningen en belangen waartussen je soms moet manoeuvreren, de complexiteit van alle gruwelijke gebeurtenissen en pijnlijke emoties. De complexiteit van alle dingen die zoveel vragen oproepen en energie opeisen om ze te proberen begrijpen … Dat allemaal wordt opeens luchtiger, draaglijker. 

Het beeld van een fractaal helpt om de complexiteit op een andere dan de vertrouwde rationele manier te ervaren. Ik hoef al deze dingen niet te begrijpen, omdat ik ze erken. Ik herken ze buiten mezelf en ook helaas binnen mezelf. Ik noem dit resoneren: sommige verhalen, muziek of beelden raken me diep. En soms heb je het gevoel dat je iemand echt kei goed aanvoelt. Dat is geen rationeel proces. 

2. Het gevoel van verbinding maakt de weg vrij voor empathie. Ik ben erg onder de indruk door het werk van Pradip Malde. Een fotograaf uit Tanzania, een land waar genitale verminking van vrouwen wijdverbreid is. 

Hij maakte er samen met Sarah Mwaga, die met steun van de VN het Network Against Female Genital Mutilation heeft opgericht om deze praktijken tegen te gaan, een project over. 

Ze benaderden mensen vanuit een empathisch perspectief: waarom doen vrouwen dit hun eigen dochters aan? Welke doel willen ze hiermee bereiken? En zijn er andere wegen om hetzelfde doel te bereiken? 

Hij zei: Experiences of loss, whether they are as constant as the passing of a moment or as traumatic as death, are like moving forward while looking back. We cannot completely let go of the past because it influences how we behave now. A photograph is shaped by what brings the photographer to the present; is born from the moment it is taken; and will both shape and be shaped by the person that looks at the photograph in the future. Regeneration is a constant, but meditating on the persistent experience of loss, and becoming thoroughly familiar with that experience, seems to facilitate regeneration; letting go without forgetting. It is easier to love with an open hand than with a tight fist.

3. Het meest krachtige, empowerende aspect van deze mentale frame is dat je vanuit je eigen positie, hoe klein die ook is, impact kan hebben op de grote fractaal

Het leven is niet statisch. Als je binnen jouw fractaal op een kleur, een emotie, een idee of een daad focust, dan heb je wezenlijke impact op jouw omgeving. (Het doorprikt de illusie van machteloosheid)

Zo goed als wij mensen zijn in het herhalen van trauma’s, kunnen we ook  onze focus aanpassen en andere zaken herhalen: hoop, liefde, verbondenheid, balans.

Het impliceert wel dat we collectief de hoogste prioriteit moeten geven aan zelfzorg, omdat je hetgeen dat je in jezelf voelt, reproduceert in je omgeving.

Zeker in de kunst- en cultuursector, maar ook bij de openbare omroep, in het onderwijs of bij evenementen, hebben we heel veel kracht om veranderingen te veroorzaken. 

We hebben daar namelijk de hand over mensen hun tijd. Tijd is het belangrijkste bezit om iets in iemand te doen bewegen, te laten resoneren. Om een idee over te brengen. Een gevoel op te wekken.

En eigenlijk, als ik jullie taak mag proberen simplificeren, zou ik zeggen, dat het doel is om in het toekomstplan 2030 de toekomst op zo’n manier te formuleren zodat die gaandeweg bij steeds meer mensen resoneert. Door pijnpunten en mislukkingen te aanvaarden, daar plaats voor maken en steeds alert, empatisch en resonerend te werk te gaan. 


Een vraag aan jou voordat je hier vertrekt …

Wat ons interesseert is wat de Re-stories die we maken met je doen. Het gaat niet alleen om bereiken, maar vooral om beraken.

Kan je je inbeelden dat je tegelijk zowel een minuscuul puntje op een tekening én het volledige plaatje bent.?

We horen het graag van je in de comments hieronder …