Re-story

View Original

📖 Professor transitiekunde Jan Rotmans: “We leven niet in een tijdperk van veranderingen, we leven in een verandering van tijdperk”

Transities zijn mensenwerk. Meer en meer is professor transitiekunde Jan Rotmans tot het inzicht gekomen dat mensen het verloop van transities bepalen. Wij zijn het systeem, we hebben het zelf gemaakt en kunnen het dus zelf veranderen”. Als puntje bij paaltje komt, vraagt een systeemverandering om een persoonlijke verandering. Wat nu volgt, is de tekst van hoofdstuk 1 uit het boek Disrupt Jezelf: als je écht de wereld vooruit wil helpen, begin dan met innoveren aan de binnenkant dat ik samen met Elke Leyman schreef.

Verandermoe

‘Iedereen lijkt verandermoe. Overal om je heen hoor je dat mensen bezig zijn met veranderen. Organisaties zijn aan het veranderen. De samenleving is aan het veranderen. En mensen zelf zijn aan het veranderen’, schrijft Jan Rotmans, hoogleraar transitiekunde & duurzaamheid aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, in Omwenteling.

Verandering is van alle tijden, maar vandaag is er volgens Jan iets anders aan de hand. De verandering van alle tijden gaat volgens hem over ‘gewone’ of incrementele veranderingen, waarbij het gaat over een ‘beetje veranderen, slimmer worden of efficiënter zijn. Dat leidt in het beste geval tot het optimaliseren van wat er al is.’ 

Maar als de transitieprofessor het over verandering heeft dan gaat het over transformatieve verandering. ‘Dat is de diepe verandering. Onomkeerbare verandering. Wezenlijk anders denken, anders handelen en organiseren. Het is een radicale verandering, waarbij alles wat vanzelfsprekend is ter discussie komt te staan.’ 

En transformeren is volgens Jan ‘veel ingrijpender, moeilijker en bedreigender dan veranderen.’

Aandacht geven

Jans boek Verandering van tijdperk maakte een diepe indruk op me. Omdat hij daarin woorden geeft aan iets dat ik allang voelde, maar waarvan ik aanvankelijk dacht dat het enkel op mijn vakgebied, marketing, speelde.

Heel in het kort. De manier waarop mensen kopen en bedrijven verkopen is door het internet radicaal veranderd. Waar het voor bedrijven eerst ging om ‘klanten vinden’, gaat het nu om ‘door klanten gevonden worden’. 

Het grote verschil? 

‘Klanten vinden’ is aandacht trekken. ‘Door klanten gevonden worden’, is aandacht geven. Beseffen dat niet jij, maar de mensen die je wilt bereiken, de mensen die zoeken en willen kopen wat jij te bieden hebt, centraal staan, is essentieel voor online (marketing) succes. Permissie marketing4 noemt Seth Godin dat. Een boek over de revolutie van de consument. 

Die verschuiving in marketing sluit perfect aan bij de verschuiving van systeemwaarden naar menswaarden, waar Jan Rotmans het over heeft. In de nieuwe marketingmindset van ‘aandacht geven’ staan die menswaarden -tijd, aandacht, ruimte, vertrouwen, kwaliteit en keuzevrijheid- centraal. 

Toch zien heel veel bedrijven en (meestal zelfverklaarde) experts die hen adviseren het internet als een klassiek massamedium: om de aandacht te trekken. Ze interrumperen bezoekers met schreeuwende banners, opdringerige pop-ups en zot draaiende carrousels. Terwijl bewezen is dat dit niet werkt.

Hoe komt het dat zij dat niet (willen of kunnen) zien, vroeg ik me af. 

Dat hebben we zo geleerd, legt Seth Godin (ja, hij opnieuw) uit in zijn boek Onmisbaar

‘Vrijwel alles wat we op school hebben geleerd en ons door de media wordt voorgehouden is een geconstrueerde mythe. We zijn een model ingezogen dat ons geleerd heeft het systeem te omarmen. Het systeem om geld uit te geven. Omdat consumptie de weg naar geluk is. Een systeem dat erop gericht is om ons klaar te stomen tot een gehoorzaam en verwisselbaar radertje in de fabriek.’

De fabriek, en in de ogen van Seth Godin is een kantoorhokje ook een fabriek, symboliseert bij uitstek het Industriële tijdperk. Het tijdperk dat we achter ons aan het laten zijn.

Ziek

Steeds meer mensen voelen zich dan ook niet meer thuis in de huidige samenleving. Ze missen de warmte, saamhorigheid, barmhartigheid en het vertrouwen in een samenleving die draait om geld, rendement en efficiency. 

Een samenleving waarin systemen en cijfers belangrijker zijn geworden dan mensen kan rationeel goed marcheren, maar is in feite ziek en maakt mensen ziek’, schrijft Jan Rotmans in Omwenteling.

Transities gaan over  de interactie tussen mensen en systemen, vertelt hij: “Als mens hebben we systemen ontwikkeld (geld bijvoorbeeld), die ons helpen functioneren, maar nu zijn we op een punt gekomen waarbij de mens niet meer centraal staat, maar in dienst is van de systemen.

Als systemen mensen gevangen houden, dan moeten ze veranderen. Alleen de mens zelf kan dat doen. Daarbij is niet de verandering zelf bepalend, maar de aard, omvang en richting van de veranderingen.”

Drievoudige kanteling

Al dertig jaar verdiept Jan zich in transitie en probeert hij de kanteling van de economie en samenleving te duiden. Zonder ingewikkelde theorieën. Integendeel. 

Maar hoewel hij met de dag meer mensen hoort zeggen dat het zo niet langer kan, verbaast het hem dat nog maar zo weinigen zien dat de verworvenheden van het industriële tijdperk aan het eroderen zijn. Er zit volgens hem een soort logica achter die, als je hem doorgrondt, onweerlegbaar is. Die logica duidt hij met de drievoudige kanteling die hij waarneemt.

Jan: “Ten eerste, de samenleving kantelt van een verticaal geordende, centraal aangestuurde top-down samenleving naar een horizontale, decentrale, bottom-up samenleving met verbanden, zoals gemeenschappen, coöperaties en virtuele en fysieke netwerken.”

<tabel oude orde vs nieuwe orde>

Jan: “Deze nieuwe orde opereert voor veel mensen nog onder de radar en vormt nog geen directe bedreiging voor de oude orde. Maar is dat binnen afzienbare tijd wel.

Als tweede kantelt de structuur van de economie. De nieuwe economie is decentraal en digitaal.”

<tabel oude economie vs nieuwe economie>

De derde kanteling die hij duidt, is de machtswisseling die zich aftekent. 

Jan: “De nieuwe orde van onderop vormt langzaam maar zeker een nieuwe macht. Een macht die niet langer alleen wordt bepaald door grootte, omvang of financieel vermogen, maar ook door het vermogen zich slim, snel en adequaat te organiseren en voortdurend in te springen op veranderen.

Macht is het vermogen om hulpbronnen te mobiliseren voor een bepaald doel: kennis en informatie zijn belangrijke voorbeelden van deze hulpbronnen, die ook materieel en financieel van aard kunnen zijn. Vandaag is de gevestigde macht nog superieur in termen van het beschermen van de bestaande hulpbronnen: kennis, geld, lobbykracht, fossiele brandstoffen, infrastructuur … Maar hoe lang nog? 

Er vindt een verschuiving plaats van gevestigde en destructieve macht naar innovatieve en transformatieve macht. Transformatieve macht is het vermogen om de verdeling van hulpbronnen te veranderen.”

Dat die kantelingen in de maatschappelijke ordening, het economisch fundament en de machtsverhoudingen tegelijkertijd plaatsvinden en elkaar versterken, maakt ze volgens de transitieprofessor de voorbode van een Nieuw Tijdperk. 

Jan: “We leven niet in een tijdperk van veranderingen, maar in een verandering van tijdperk. Er is sprake van een verandering van tijdperk als de veranderingen fundamenteel van aard zijn, op vrijwel alle terreinen voorkomen en elkaar in eenzelfde richting versterken.”

Systeemwaarden versus menswaarden

Bij de drievoudige kanteling van denken, organiseren en sturen, hoort volgens Jan dan ook een zoektocht naar nieuwe waarden. De huidige gevestigde orde is gericht op de oude systeemwaarden. De waarden van de nieuwe orde zorgen voor een verschuiving van systeemwaarden naar menswaarden:

<tabel systeemwaarden vs menswaarden>

Jan: “Dat we slaaf zijn geworden van die oude waarden vind ik eigenlijk wel logisch. Dat is de eeuwige dualiteit tussen mensen en systemen. Wij hebben zelf die systemen gemaakt, die hebben ons ook heel lang goed laten functioneren. Als je kijkt naar de zorg, het onderwijs, arbeidsvoorziening: dat hebben we allemaal in de 19e eeuw opgezet en in de 20e eeuw uitgebouwd en heel lang functioneert dat goed.

Maar wij hebben ook de neiging tot overorganiseren en die systemen nemen het dan langzamerhand van ons over. Dan komt er een moment dat ze ons in de weg zitten, omdat het té complex en té bureaucratisch wordt. En op een gegeven moment doorzien we die complexiteit niet meer. Dat hebben we gezien bij de financiële crisis van 2008.

Daarnaast is er de angst om het aan te pakken en wijzen heel veel mensen naar het systeem: wij willen wel veranderen, maar het systeem maakt het ons onmogelijk. 

Maar wij zijn het systeem, we hebben het zelf bedacht en opgezet. Wij hebben dus ook het vermogen om dat weer terug te pakken. Dat is de hoop die ik mensen wil meegeven. Dat is moeilijk en er is niet één oplossing. 

Ik word ten onrechte wel vergeleken met Marx, met totaaloplossingen en blauwdrukken en daar ben ik juist helemaal niet van. Dat is wel een essentieel verschil. Maar ik deel wel zijn analyse dat het systeem ineenstort en dat er echt een totaal nieuw systeem nodig is.”

Verzet van de oude orde

De oude orde, de gevestigde macht, waarvan Jan ook zegt dat ze in termen van het beschermen van de bestaande hulpbronnen nog superieur is, heeft er alle belang bij om ons te doen geloven dat die systemen ons ten dienste staan. Dat is de indoctrinatie waar Seth Godin het over heeft.

Jan: “Er is altijd een gevestigde orde, wat wij een regime noemen, die er op gericht is om dat systeem in stand te houden, omdat ze er baat bij hebben qua statuur, positie, inkomen ... Zij verzetten zich tegen die machtsovername. Alleen kan dat nooit te lang doorgaan. Elke grote transitie impliceert een machtswisseling, dat kan niet anders. 

In deze kwetsbare kritische periode kun je met een slimme groep mensen een doorbraak creëren. Tegelijkertijd moet je ook beseffen dat dat een harde strijd is omdat het om macht gaat. Oliebedrijven zullen letterlijk tot de laatste druppel hun belangen verdedigen.”

Contra-intuïtief denken en handelen

Als je rond je kijkt, is in de maatschappelijke ordening de oude orde nog steeds de gevestigde macht en wordt zo de oude economie in stand gehouden. Dat omgooien, is niet evident, omdat mensen in het algemeen vrij slecht zijn in verandering, laat staan bij zo’n totale kanteling als die waar we nu voor staan: we weten wat we hebben, niet wat we krijgen.

“Dat is absoluut waar”, bevestigt Jan. “Ik had er onlangs een boeiende discussie over met een neuropsycholoog. Die zei: ‘ons menselijk brein is vanuit de evolutionaire ontwikkeling gericht op stabiliteit en continuïteit’. Maar als je zo’n ontwrichtende periode hebt als nu, dan moeten we contra-intuïtief gaan denken en handelen en zo wordt transformatieve verandering de constante.

Dat betekent, en dat zag je in de 19e eeuw ook, dat de angst nog groter wordt en dat het kan leiden tot een scheiding. Er was een heilig vooruitgangsgeloof in de technologie tegenover cultuurpessimisme. Je had degenen die profiteerden en degenen die weinig tot geen kansen kregen. In een periode van extreme verandering zie je altijd polarisatie. Het wordt heel snel in twee kampen verdeeld … Nou, dat zie je nu weer.”

<tabel 19de eeuw vs 21ste eeuw>

Nog tien jaar chaos en instabiliteit

Wat Jan  opvalt is dat de complexiteit van maatschappelijke stelsels als de zorg, het onderwijs en de arbeidsmarkt in de 19de eeuw nog te overzien was. Die complexiteit is nu vele malen groter. In die zin is er ook geen precedent wat volgens hem kan betekenen dat de chaosfase veel langer duurt dan vroeger. 

Jan: “We bevinden ons nu in de overgangsperiode tussen twee tijdperken. Zo’n kantelperiode gaat gepaard met chaos, turbulentie, onrust, massaontslagen, hoge werkloosheid, afbraak en toename van conflicten.

<tabel kantelperiode>

Jan: “We zitten nu midden in die chaosfase, waarbij heel veel mensen zien dat het anders moet en kan. Dat het oude niet meer zo goed werkt. We zitten in een fase waarin ook veel nieuws ontstaat, maar het is allemaal nog fragiel. En de oude instituten willen nog niet wijken. Ik denk zelf dat het nog een jaar of tien heel onrustig blijft en dat dan langzamerhand die nieuwe paradigmaoplossingen indalen en we naar een nieuw soort dynamisch evenwicht gaan.

Ik denk dat er over een aantal jaren wel een duidelijkere maatschappijvisie komt die richting geeft. Niet dat het dan opgelost is, maar dan zien mensen in ieder geval welke richting het opgaat. Nu zien heel veel mensen geeneens een richting. Het lijkt alle kanten op te gaan. 

Het is maar goed dat de meeste mensen dat nog niet beseffen, denk ik wel eens. Anders zouden ze er waarschijnlijk van wakker liggen. Tegelijkertijd hoop ik wel dat steeds meer mensen hun ogen daarvoor openen. Anders word je elke dag verrast in de komende decennia. En je wil niet elke dag verrast worden, want dan leid je een heel onrustig bestaan.”

Waar zijn de filosofen als je ze nodig hebt?

Hoewel Jan me helpt zien en begrijpen wat er aan de hand is, valt me nog iets anders op in zijn boek Verandering van tijdperk: ‘filosofen en kunstenaars zijn de seismografen van de tijdgeest: zij pogen beelden en woorden te geven aan het nieuwe tijdperk dat zij voorzien. Waar zijn ze nu we ze nodig hebben?’ vraagt de transitieprofessor zich af. 

Wat een uitdaging. Ik besluit op zoek te gaan naar wie de filosofen en kunstenaars van nu zijn en te achterhalen hoe zij het nieuwe voor ons liggende tijdperk zien. 

De Franse filosoof Michel Serres maakt me in zijn boekje De wereld onder de duim6 al snel duidelijk dat de uitdaging die ik mezelf stel geen gemakkelijke opgave is. 

En wel hierom schrijft hij ... 

‘Deze ingrijpende verandering die zich in de geschiedenis hoogst zelden voordoet en door mij  is aangeduid als hominescent, als een stadium in de ontwikkeling van de menswording, creëert midden in onze tijd, midden in onze samenleving een kloof die zo breed en onoverzienbaar is dat slechts enkele blikken haar ten volle hebben gepeild. Wat dat betreft dringt zich de vergelijking op met de kloven die zich achtereenvolgens hebben geopend in het neolithicum, in het begin van de christelijke jaartelling, aan het eind van de middeleeuwen en in de renaissance.’

Waarom slechts enkele blikken de kloof ten volle hebben gepeild, schrijft hij er ook bij: 

‘Ik vrees dat ik daarvoor de schuld moet leggen bij de filosofen, van wie ik er zelf ook een ben: lieden wier roeping het is te anticiperen op toekomstige kennisvormen en praktijken, en die zoals ik het zie in die taak tekortgeschoten zijn. Ze zaten zo verstrikt in de politiek van de dag dat ze de omvangrijkere veranderingen van onze eigen tijd niet hebben horen komen.’

Maar net als bij Jan Rotmans is Michel Serres’ punt helder: we leven in een revolutionair tijdperk

‘Al enkele tientallen jaren merk ik dat we ‘in een periode leven die vergelijkbaar is met de dageraad van de paideia, toen de Grieken hadden leren schrijven en argumenteren, in een periode ook als die van de renaissance, toen de drukkunst werd uitgevonden en de heerschappij van het boek een aanvang nam. Toch is de huidige tijd tevens uniek, want het zijn niet alleen de genoemde technieken die op dit moment grote wijzigingen ondergaan, ook het lichaam kent een metamorfose, er treden veranderingen op in geboorte en dood, in lijden en genezing, in de beroepen, de ruimte, de leefomgeving, het zijn-in-de-wereld.’

Om nog maar eens te benadrukken dat je je gelukkig mag prijzen omdat slechts enkele generaties zo’n beslissend keerpunt kunnen aangrijpen om de toekomst mee vorm te geven. Jij en wij behoren tot die gelukkigen!